Hun rapport was jarenlang geheim: de analyse die twee directeuren van de Zweedse rekenkamer in 1996 maakten van het onderzoek naar de moord op Olof Palme. Zij noemden Christer Andersson een hoofdverdachte en een “absolute voltreffer” als het ging om het daderprofiel. Maar waarop baseerden ze deze conclusie? Ze maakten een handig overzicht van hun bevindingen. En dat staat hieronder.
Eerst even wat context. Het rapport van de revisoren Bo Sandberg en Christer Skogwik kwam er op verzoek van een parlementaire onderzoekscommissie. Die lichtte in de tweede helft van de jaren negentig het moorddossier door. Het leek de commissie goed om ook twee onafhankelijke analisten van buiten politie en politiek in te schakelen. Sandberg en Skogwik kwamen in december 1996 met hun 157 bladzijden tellende eindverslag.
Op dat moment deed de politie nog steeds onderzoek naar Christer Pettersson, hoewel eerder vrijgesproken voor de moord. Maar de speurders hadden, zonder dat de media erover berichtten, nog iemand in het vizier: Christer Andersson. De directeuren van de Rekenkamer konden de stukken over hem inzien en vergelijken in hun verslag beide mannen als verdachten. Andersson wordt in het verslag XX genoemd.
De huidige openbare aanklager Krister Petersson (ja, bijna dezelfde naam) heeft de in 2004 overleden Christer Pettersson afgevoerd van het verdachtenlijstje. Intussen bleek dat het onderzoek tegen hem was gemanipuleerd. Daarom, en om het overzicht te bewaren, beperken we ons hier tot wat de revisoren schrijven over Christer Andersson. Die is nog wèl kandidaat om woensdag 10 juni door de Zweedse justitie als dader van de moord te worden aangewezen. Hoewel ook Andersson niet meer leeft: hij pleegde in 2008 zelfmoord.
Het woord is aan Sandberg en Skogwik. Dit schrijven ze over Christer Andersson alias XX in het vergelijkend overzicht. Het taalgebruik is wat cryptisch, maar hopelijk begrijpelijk. Soms heb ik ter verduidelijking een gecursiveerde aanvulling tussen haakjes gezet.
Dreiging en motief
- Dreiging of eerdere indicaties: een bijzonder onheilspellend incident dat mogelijk is gekoppeld aan Olof Palme (Waarschijnlijk bedoelen de revisoren het voorval waarbij Andersson thuis een kogel door zijn tv schoot, vermoedelijk toen Palme op de buis was)
- Motief: Palmehaat (de beursspeculant Andersson zei geen fan van hem te zijn, en verloor zijn fortuin door de aankondiging van een belastingmaatregel, daags voor de moord) .
- Één enkele, maar geloofwaardige getuigenverklaring
- XX lijkt ‘loepzuiver’ als dader van het type III, lone wolf, volgens Clarke en het daderprofiel (Clarke is een Amerikaanse professor die de daders van politieke aanslagen bestudeerde)
= genoeg motief voor dit type dader (isgelijkteken komt van de revisoren)
Uitvoering
- XX niet abnormaal bij Grand – wandelaar (De Grand is de bioscoop die Palme kort voor de moord bezocht. Na de film werd een man voor een naburige meubelzaak gezien. Ook vóór de film begon, werd een mysterieuze man gezien die mogelijk op Palme lette)
- XX kan de man zijn bij de ingang van de bioscoop
- XX haalt thuis wapen tijdens de filmvoorstelling of heeft dit al eerder bij zich – in dat geval na van thuis te zijn gekomen
- In aansluiting daarop houdt XX bij de meubelzaak Palme in het oog (signalement klopt)
- Signalement XX past op de man die zich ophoudt bij het begin van de voorstelling
- In aansluiting houdt XX Palme in het oog
= XX denkbaar bij de Grand als alleen handelende dader die de moord niet plant.
= XX ook mogelijk in aansluiting op zijn woning, als alleen handelende dader die de moord wel heeft gepland.
= XX heeft men niet kunnen binden aan de Grand.
Alibi
- XX heeft geen alibi voor 27 februari en daaropvolgende dagen
- XX houdt zich schuil na de moord
- Een verwante over de voorafgaande dag ondergraaft de versie van het alibi van XX.
= XX heeft geen alibi en houdt zich schuil, zie daderprofiel (In een Zweeds daderprofiel werd dit typerend voor dit soort dader genoemd)
Plaats delict: signalement en bewegingspatroon
- XX komt zeer goed overeen met het signalement:
- lengte,
- compacte lichaamsbouw, korte hals, conditie?
- donker haar
- muts die herinnert aan die van Jack Nicholson in One Flew over the Cuckoo’s Nest, nu nog in zijn bezit
- driekwartlange jas, nu nog in zijn bezit
- droeg in 1986, en nu nog, geen snor
- bril met stalen montuur wanneer nodig – type gezichtsstoornis?
- bewegingspatroon – sukkeldraf
Plaats delict: identificatie
- Niet geconfronteerd met LP (Lisbeth Palme), MP (Mårten Palme) en anderen. Dit is waarschijnlijk te laat om nog van waarde te zijn: XX’s uiterlijk is waarschijnlijk ook veranderd (zwaarder)
- Ter vergelijking Ulf Dahlstens memo over Lisbeth Palme’s verklaring dat CP (Christer Pettersson) bij de confrontatie enige kilo’s lichter was dan bij de moord. XX was vermoedelijk wat zwaarder in ’86 dan Pettersson in ’88.
- XX heeft aangeboden om deel te nemen aan een confrontatie met LP en MP
- XX lijkt, volgens onderzoekers, een geloofwaardige indruk te maken als hij ontkent iets met de moord te maken te hebben.
= een confrontatie is waarschijnlijk niet zinvol (meer dan tien jaar later), LP’s getuigenis maakt dit vermoedelijk ook onmogelijk (Lisbeth Palme identificeerde in 1988 Christer Pettersson als dader en hield hieraan vast voor de rechtbank, wat in 1989 de voornaamste reden was om hem te veroordelen. Hij kwam vrij in hoger beroep)
= XX lijkt op CP en beantwoordt aan het signalement en het bewegingspatroon, misschien zelfs veel beter dan CP. Vergelijk foto’s en video’s van XX en CP.
Plaats delict: keuze van locatie
- XX is waarschijnlijk vertrouwd met omgeving – nabij woning
- XX mogelijk “afgelezen” tijdens de film
- XX voorzichtig afwachten tot een mogelijk geschikte locatie
Wapen en munitie
- XX is geregistreerd bezitter van een .357 Magnum, 6-duimsloop, grotendeels geblauwd, tweedehands wapen: bezat hoogstwaarschijnlijk een wapentas voor een -357
- het wapen is sinds ’94 aangemeld als verloren voorwerp
- XX is perfectionist en wil exclusieve uitrusting voor zijn vrijetijdsbesteding, bijvoorbeeld zijn favoriete wapen, wat geen S&W (Smith & Wesson) is, is een zeer exclusief wapen
- XX haalt het wapen thuis op tijdens de filmvoorstelling of heeft het al bij zich sinds hij de woning verliet, vergelijk degene die zich naar de ingang van de bioscoopzaal begaf voor de film begon.
Holster
- XX bezat een holster
Afgeloste schoten
- XX is een bekwaam schutter, resultaatgericht maar niet gefixeerd op wapens, en bovendien jager
- XX is vertrouwd met munitie van dit type, maar kan niet worden gekoppeld aan deze batch (De revisoren wisten niet dat Andersson geruime tijd voor de moord vijf kogels had gekocht van het type waarmee Palme werd gedood. Dit stelde de politie pas eind jaren negentig vast)
- XX is volledig capabel om de sequentie van de schoten 1 en 2 te klaren
- Is XX kil genoeg voor deze sequentie? Waarschijnlijk
- Schoot XX op LP?
- XX lone wolf, Clarke en daderprofiel type III, sindsdien steeds meer geïsoleerd en piekerend
De vlucht
- XX komt in aanmerking voor deze rustige en beheerste vlucht
- XX heeft waarschijnlijk een wapentas die beantwoordt aan wat Nieminen zag in DBG (getuige Yvonne Nieminen zag de vermoedelijke dader iets in een tas steken op het trottoir in David Bagares Gata)
- XX kiest als vluchtweg DBG en dan Regeringsgatan noordwaarts, in de richting van zijn woning die binnen een x-aantal minuten ligt
- XX houdt zich vervolgens enkele dagen schuil in zijn woning
- Bij zijn eerste verhoor in 1994 maakt XX een opmerking, het klassieke antwoord, over de nabijheidsfactor van zijn woning die terecht de aandacht wekt
Gedrag achteraf
- XX gedraagt zich de laatste jaren volgens het klassieke, extreme model zoals in het daderprofiel staat
- XX is de laatste jaren steeds meer geïsoleerd en piekerend
Moordwapen vandaag: speculaties
- Het is voorstelbaar dat XX het wapen heeft verborgen. Dat kan worden geconcludeerd uit het typische gedrag dat hij achteraf heeft vertoond. Het kan dus nog intact zijn en mogelijk worden geïdentificeerd met de moordkogels.
- Een huiszoeking in zijn woning gaf geen resultaat. Een metaaldetector kon buitenshuis door technische moeilijkheden niet worden benut (elders in hun rapport schrijven de revisoren dat er sneeuw lag op dat moment)
Aldus Sandberg en Skogwik van de Zweedse Rekenkamer in hun rapport. Daarin schreven ze ook dat, als een boel mensen zich ondanks alles vergist hadden, er een piepklein kansje was dat de moord toch het gevolg was van een samenzwering, en niet van een lone wolf als Christer Andersson. Maar ze zagen de laatste verreweg als de meest interessante kandidaat. Aftonbladet schreef er een stukje over, maar andere journalisten hadden – ondanks dat XX tot dan nooit in de media was genoemd – enkel belangstelling voor dat piepkleine kansje op toch een spectaculair complot. Altijd leuker dan een duffe eenmansactie.
En wat nu?
Nu is het afwachten. Op 10 juni 2020 maken aanklager Krister Petersson en onderzoeksleider Hans Melander bekend wie er volgens hun achter de moord zat, en welke bewijzen ze daarvoor op tafel leggen. Drie schrijvers die zich eerder als complotdenkers outen – Jan Stocklassa, Gunnar Wall, Lars Borgnäs – hoorden ondertussen ergens beweren dat de Zuid-Afrikanen het gedaan hebben. Wordt vervolgd. Al geldt dat vermoedelijk niet voor de dader.